ruiken (~ aan: onderzoeken met de reukzin)

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

De Nederlander mocht bij de Yankees even aan het grote werk ruiken.

De hond ruikt vervolgens aan het stuur.

Wie eenmaal heeft geroken aan de macht lijkt daaraan voorgoed verslaafd geraakt.

Philip ruikt aan de vrijheid op een reis door Oceanië [...].

Tegenwoordig mag N. ook in eigen land alsnog een beetje aan het succes ruiken.

Hij ruikt aan de lakens: 'best frisse lakens'.

Om anderen te zien, om te ruiken aan het theater.

Ze lacht, ruikt aan de aarde tussen haar nagels.

Stel je ruikt aan een mandarijn en vindt de geur prettig, dan richt je aandacht zich alleen nog maar op prettige dingen [...].

Iedereen wilde wel even ruiken aan deze nieuwe duursporthype.

De huisarts ruikt aan de champignon en bekijkt hem van alle kanten.

Na twee weken lieten ze 79 museumbezoekers ruiken aan het lapje.

Voor jongeren die voor het eerst willen ruiken aan politiek is er Dwars.

Je ruikt aan zijn leven, maar je proeft weinig.

Ze ruikt aan het enige wat we nog van hem bezitten, en ze huilt.

Met de introductie van een sportstrippenkaart krijgen kinderen tot dertien jaar de kans te ruiken aan verschillende sporten.

Ik loop een rondje om de trein, ruik aan de wagon en heb een bevestiging van de inhoud.

Advocaat wil het tweetal laten ruiken aan Oranje.

Deurloo laat je in gedachten ruiken aan de geuren uit je jeugd en de voorraadkast.

Maar wie een melkbar binnenloopt kan even ruiken aan dat verleden.

Altijd ruiken aan álles wat je uit de koeling haalt, bars ik, hoe vers het ook is.

Je laat ze even ruiken aan literatuur, of eigenlijk: het verschijnsel 'verhaal in een boek'.

We laten de proefpersonen ruiken aan verdunningen van de geurmonsters ', legt de Vito-onderzoekster uit.

Ruiken aan het boerenleven.

Hij wordt daarbij geholpen door een oudere vrouw, die de patiënt laat ruiken aan een in ammoniak gedrenkt doek.

voorzetselobject

Met vaste prepositie (vast voorzetsel)

aan:

...

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij ruiken?

laten

mogen

willen

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.